Ongeduld in tijden van traagheid

08-12-2012

Het jaarlijkse congres van de werkgeversorganisatie Voka eindigde dinsdag op een historische manier. Wellicht voor het eerst in de geschiedenis van Voka en van het Vlaams Economisch Verbond was er geen Vlaamse Leeuw te horen. Navraag leert dat de muziek nochtans klaarstond, maar dat er ergens iets verkeerd liep. Het was moeilijk om bij die uitleg niét te denken aan Bart De Wevers ongewilde historische oneliner van 14 oktober: 'Zet die ploat af'. Het is dit najaar blijkbaar altijd iets met Vlaamsgezinde organisaties en muziek: ofwel wil de plaat niet af, ofwel wil ze niet op.Het Voka-congres zinderde na. Niet de afwezige Vlaamse Leeuw, maar de inhoud ervan. Het Vlaams Parlement besprak woensdag in de plenaire zitting de steeds moeilijkere economische omstandigheden waarin we ons bevinden. De handelingen van dat debat leren dat de parlementsleden twintig keer het woord Voka gebruikten om hun punt te maken. Dat punt kwam er voor elk parlementslid losjes samengevat op neer dat de crisis steeds heviger toeslaat en dat de regering waar zijn of haar partij in zit daar in moeilijke omstandigheden iets probeert aan te doen, maar dat de regering waar zijn of haar partij niet in zit schromelijk tekortschiet in haar reactie.Dat we in hevige economische tijden leven, is ondertussen duidelijk. Gemiddeld om de drie kwartier gaat een Belgisch bedrijf failliet. Afgelopen week bleek immers dat in november 970 ondernemingen over de kop gingen, wat een ongeëvenaard Belgisch record is. Nooit eerder ging het zo snel. Stilaan verschuift het zwaartepunt van die faillissementengolf naar Vlaanderen én naar grotere bedrijven. En helaas vrezen de specialisten van het handelsinformatiebedrijf Graydon dat deze trend minstens een half jaar nodig heeft om stil te vallen.Ook de Vlaamse werkloosheid vertoonde afgelopen jaar een beangstigende trend. Vorig jaar daalde ze nog. Tijdens de eerste zeven maanden van dit jaar steeg de groep werkzoekenden in Vlaanderen jaar op jaar nooit met meer dan 4 procent. En toen de dijkbreuk: een stijging van 6 procent in augustus, van 8 procent in september en van 9,9 procent in oktober. In de cijfers van november, die afgelopen week bekend werden, zette die acceleratie zich door: 11 procent meer werklozen.Het lijkt er daarom op dat de financiële crisis na vijf jaar de Vlamingen in hun job begint te treffen. Al die tijd hielden we stand. De regering legde buffers aan via tijdelijke werkloosheid voor bedienden, in de buurlanden kwamen er economische stimuli die België een duw in de goede richting gaven, de autoverkoop kende een tijdelijke opstoot dankzij de schrootpremies en bedrijven gingen hun buffers aanspreken om de moeilijke tijden door te spartelen. Alleen blijven die moeilijke tijden duren en raken de buffers stilaan op. Dat leerde Ford Genk, net zoals de maandelijkse faillissements- en werkloosheidscijfers. Vlaanderen telt nu een kwart meer werklozen dan vlak voor de financiële crisis losbarstte.In de zomer van 2009 noemde econoom Geert Noels België bijvoorbeeld nog een serre-economie. Hij bedoelde daarmee dat de meeste Belgen niet beseften welke economische storm over hen trok omdat ze in een ruimte zaten met airco. Ze worden 'op temperatuur gehouden met vervangingsinkomens, jobs van de overheid en subsidies'. En net omdat niemand het voelde, was het voor politici moeilijk duidelijk te maken dat er iets moest gebeuren. Drie jaar later is dat serre-effect op zijn einde aan het lopen: stilaan beseft iedereen dat er een storm woedt. En dus groeit de druk op de overheid om zich daartegen te wapenen.Dat was het idee van Open VLD om na een jaar Di Rupo - een verjaardag die afgelopen week op sinterklaas werd gevierd - de federale regering een doorstart te laten maken. Het idee was dat de crisis op de finan- ciële markten is bedwongen, en dat de aandacht zich nu moet verplaatsten naar de reële economie, waar veel bedrijven hard vechten om te overleven of niet te moeten afslanken, en waar veel werknemers even hard vechten om hun job.Moet de Vlaamse regering een doorstart maken? Veel politici van de meerderheid lieten woensdag alvast merken dat ze ongeduldig worden. Zo snel als de faillissements- en werkloosheidscijfers verslechteren, zo traag lijkt de Vlaamse regering te reageren. Zo legde Vlaams minister van Werk Philippe Muyters (N-VA) uit dat hij nu al even bezig is het systeem van het tijdskrediet te hervormen, wat traag verloopt gaat omdat de vakbonden en werkgevers eerst akkoord moeten gaan. Muyters zei daarover het volgende in het Vlaams Parlement: 'Het gaat allemaal niet snel genoeg, voor u niet, voor mij niet, voor niemand.'Koen Van den Heuvel, de nieuwe fractieleider van CD&V, zei dat hij het ongeduld van de oppositie deelt over de poging van de ministers Pascal Smet (sp.a) en Ingrid Lieten (sp.a) om het technisch onderwijs aantrekkelijker te maken. Toen het ging over de trage vorderingen om allochtonen en laag- geschoolden - waar de werkloosheid het hoogst is - aan een job te helpen, richtte sp.a-fractieleider Bart Van Malderen zich tot minister Philippe Muyters met de woorden: 'Plus est en vous, plus est en nous'. En ook parlementslid Matthias Diependaele van de meerderheidspartij N-VA zei dat de vereenvoudiging van het vergunningenbeleid sneller mag gaan, dat de herwaardering van het technisch onderwijs best een versnelling hoger schakelt, en dat de betere werking van de arbeidsmarkt sneller gerealiseerd moet worden.De Vlaamse regering is rond het jaareinde drie en een half jaar bezig. Ze heeft nog anderhalf jaar te gaan. Stilaan breekt dat deel van de legislatuur aan waarin het niet langer volstaat rapporten te maken, studies te bestellen of communicatieplannen uit te tekenen, maar waarin de regering moet tonen welke resultaten ze geboekt heeft. Ondertussen gaan de economische alarmbellen af. Ook in de Vlaamse regering zou een doorstart daarom welkom zijn.

De Tijd - 8 december 2012